In elke erkende Vlaamse voorziening moet er een geschreven kader en procedure zijn voor grensoverschrijdend gedrag. De instructies voor een beleid rond omgaan met seksualiteit bij personen met een beperking zijn daarentegen weinig concreet.
Volgende tips, quotes en aandachtspunten helpen je om een visietekst op maat van de zorgvrager te schrijven.
Vaak wordt van een visie verwacht dat ze de neuzen in eenzelfde richting krijgt: objectivering, een taboe doorbreken en het bieden van handvatten aan bewoners, familie en begeleiders.
Deze visietekst biedt een denkkader en een houvast bij begeleidingsvragen omtrent seksualiteit.
Tegelijkertijd halen organisaties aan dat ze een beleidstekst niet als receptenboek kunnen gebruiken. Elke situatie vraagt om op een unieke manier bekeken te worden.
Dit kan je als volgt verwoorden in je visietekst:
Niets is echter ooit af. Ook deze visieontwikkeling niet. Verandering is permanent. Het doel is om een dynamiek te creëren waarbij handelingsverlegenheid en/of meningsverschillen in perspectief worden geplaatst met het oog op het welzijn van die concrete gebruiker.
Hiermee benadrukken we dat niet alle aspecten en vormen van seksualiteitsbeleving die we verder bespreken van toepassing zijn voor elke cliënt.
Een visietekst rond seksualiteit bij personen met een beperking dient dus ter ondersteuning van elke unieke bewoner en om een antwoord te bieden aan diens seksuele noden.
Een beschermend perspectief komt vaak aan bod binnen een visietekst rond seksualiteit. Gezien de zorgtaak van voorzieningen en cijfers die specifieke kwetsbaarheden voor mensen met een verstandelijke beperking ondersteunen, is dit niet verwonderlijk.
De spanning tussen beschermen binnen een zorgtaak en het recht op seksuele autonomie komt daarbij naar boven.
Wij wensten niet in de valkuil te trappen om in een periode waarin maatschappelijk nogal op seksueel misbruik wordt gefocust, de visie voor onze organisatie vooral vanuit de invalshoek van voorkomen van misbruik op te zetten.
Positief verwoord wordt dit:
We willen ook aandacht besteden aan seksualiteit omdat dit wezenlijk deel uitmaakt van de groei en ontwikkeling van een mens.
Die bescherming vertaalt zich ook in beperktere privacy. Binnen heel wat residentiële settings is er voor bewoners weinig privacy om relaties te vormen. Er is voortdurend toezicht of toch veel toezicht van begeleiders.
Verwijs daarom in je visie op seksualiteit naast een beschermend perspectief ook naar thema’s als seksuele rechten, het gelijkheidsbeginsel en het belang van individuele ondersteuning.
Ons kompas is de rechten van de mens en de rechten van personen een beperking. Zij hebben dezelfde rechten en plichten als anderen, zelfs al hebben ze daar ondersteuning en bijsturing bij nodig.
Seksualiteit, intimiteit of vrijen worden niet altijd specifiek gedefinieerd in visieteksten. En als dat wel het geval is, worden er vaak specifieke voorwaarden aan gekoppeld, voorbeeld dat het binnen een relatie moet.
Benoem daarom dat het zowel binnen als buiten een relatie moet kunnen.
Uitgangspunt is dat seksualiteit idealiter plaatsvindt in een duurzame relatie, maar niet elke gebruiker heeft de mogelijkheden om een relatie aan te gaan. Ook voor hen moet seksualiteit mogelijk zijn.
Een visietekst rond seksualiteit is belangrijk om spanning te voorkomen tussen persoonlijke waarden en normen van ondersteuners onderling en ten opzichte van de cliënt.
Waarden en normen die uitgetekend staan in de visietekst primeren dus boven persoonlijke waarden en normen.
Zo is de visietekst een moreel kader om het conflict tussen persoonlijke waarden en normen te omzeilen of op te lossen.
Visieteksten bieden een antwoord op spanningen tussen persoonlijke waarden en normen. Een visietekst zorgt ervoor dat ondersteuners niet teruggrijpen naar hun eigen waardenkaders.
Een visie op seksualiteit kan een beschermend kader bieden om rond het thema te werken.
Ondersteuners geven vooral aan dat ze zich onzeker voelen om de dialoog aan te gaan. Redenen hiervoor zijn een persoonlijk gevoel van schaamte, een gebrek aan vorming, onduidelijke richtlijnen binnen de voorziening en spanningen met de familie van het individu.
Wie heeft het mandaat om hierrond in gesprek te gaan?
Ook de angst om onethisch te handelen of verantwoordelijk gesteld te worden als er ongepaste zaken gebeuren, vormen obstakels om de dialoog te openen. Ze maken ondersteuners onzeker of zij de dialoog zelf moeten aangaan.
Een visietekst kan hier een antwoord op bieden.
Valkuilen in beleidsteksten zijn genderbinaire en heteroseksuele normen.
In visieteksten worden vaak mannelijke voornaamwoorden gebruikt, ongeacht het thema, terwijl vrouwelijke voornaamwoorden worden gebruikt voor thema’s die traditioneel aan vrouwelijkheden worden gelinkt, zoals anticonceptie, een kinderwens, …
Heteroseksualiteit wordt nog vaak als norm gehanteerd. Zo kunnen we in onderstaand voorbeeld vermoeden dat ‘holebiseksualiteit’ als een ‘andere vorm van seksualiteitsbeleving’ wordt gezien.
Wanneer we pleiten voor een ruime invulling van het begrip seksualiteit, willen wij ook ruimte laten voor andere vormen van seksualiteitsbeleving, zeker bij personen met een verstandelijke beperking.