Kom je binnen de organisatie in contact met seksuele situaties en relationele problemen? Voer een neutraal gesprek met de betrokkene. Het is belangrijk dat medewerkers over de nodige kennis en vaardigheden beschikken om hierover in gesprek te gaan. Bepaal binnen je organisatie wat er nodig is.
Voor veel mensen is een therapeutisch gesprek een nieuwe ervaring. Voor anderen is het de zoveelste persoon die ze in vertrouwen moeten nemen. Soms is hun vertrouwen al meermaals geschaad. Maar ongeacht de persoonlijke situatie is het belangrijk dat je voldoende vertrouwen en veiligheid schept, zodat men open durft te spreken.
In oefeningen rond psycho-educatie worden mensen gevraagd om situaties te beoordelen en zich af te vragen hoe de personages zich voelen. De bekwaamheid om een mentale toestand in te schatten - zoals intenties, wensen, opvattingen, kennis, enzovoort - is echter niet evident voor veel mensen.
Let er wel op dat je niet het gevoel geeft dat er wordt geroddeld of ‘geklikt’.
Dat is ook niet wat je echt wil weten. Je wil weten of ze bepaalde vragen hebben of bepaalde risico’s lopen. Gebruik eerder:
Door de vaak uitgebreide seksuele woordenschat van jongeren of volwassenen, bestaat het risico om de veronderstelde seksuele kennis en eigen ervaringen te overschatten. Het spreken over ‘seks’ of expliciete seksuele taal als ‘rukken’, ‘pijpen’ of ‘beffen’ mag je dus niet steeds interpreteren als een signaal dat ze wel degelijk weten waarover ze het hebben en in staat zijn om het seksuele gedrag op een veilige en plezierige manier te stellen. Wel kan de seksuele woordenschat van iemand een aanknopingspunt zijn om een gesprek hierover aan te gaan.
Wanneer een veertienjarige praat over seks, kan je vragen wat de jongeren daar precies mee bedoelt:
“Veel mensen vinden seksualiteit geen gemakkelijk onderwerp om over te praten. Toch is het voor veel mensen wel een belangrijk onderwerp in hun leven. Misschien speelt het ook een rol bij datgene jij vertelde. Is het oké als ik je hierover een paar vragen stel?”