Een situatie kan over de grens gaan zodra er een ongelijkwaardigheid is tussen de betrokkenen, in het nadeel van het slachtoffer. Dan is er sprake van een machtsoverwicht.
Op deze pagina zoomen we in op:
Ga na in welke mate er sprake is van (on)gelijkwaardigheid tussen de betrokkenen in aantal, leeftijd, kennis, intelligentie, aanzien, macht, levenservaring, rijpheid, status, … .
Zeker in een seksuele interactie zijn beide partijen best aan elkaar gelijkwaardig, zodat de een de ander niet overheerst.
In pestsituaties is er altijd sprake van ongelijkwaardigheid in het nadeel van het slachtoffer.
Voorbeelden waar dit criterium oké is: twee 25-jarigen hebben seks, twee jongeren trekken en duwen elkaar.
Voorbeelden waar dit criterium niet oké is: een 8-jarige vraagt het geslachtsdeel van een vierjarige te zien, vijf jongeren schoppen op één jongere, een leidinggevende gaat over de grens van een stagiair, …
Ongelijkwaardigheid kan zich uiten in macht. Bronnen van macht zijn fysieke overmacht, aantal, kennis, geld, invloed, sociale status, ...
Machtsmisbruik zijn situaties waarbij de ene partijmacht gebruikt om de ander te benadelen, zoals dreigen met geweld, verbale agressie, manipulatie, ontzeggen van kennis, …
Een belangrijke en redelijk ‘onzichtbare’ vorm van macht en machtsmisbruik bij volwassenen houdt verband met onzichtbare privileges.
Mensen die deze privileges bezitten, beschouwen deze vaak als evident, onderkennen niet steeds de macht die daaruit voortvloeit en dus ook de uitsluitingsmechanismen die werkzaam zijn.
Deze privileges worden gevormd door een combinatie van kenmerken of dimensies die normatief hoger aangeschreven staan in de maatschappij dan andere.
De meest invloedrijke dimensies zijn geslacht, seksuele oriëntatie, huidskleur, etniciteit, nationaliteit, klasse, cultuur, religie, gezondheidssituatie, leeftijd, verblijfsstatuut, bezit, Noord-Zuid/Oost-West, maatschappelijke ontwikkeling.
Deze dimensies zijn niet zomaar beschrijvend of neutraal, er is een machtsaspect aan verbonden omdat bepaalde kenmerken hoger ingeschat worden of meer als norm beschouwd worden dan andere.
Voor seksualiteit speelt bijvoorbeeld gender, seksuele oriëntatie, etniciteit, cultuur en leeftijd een rol, in die zin dat wie jong, blank, mannelijk, heteroseksueel en westers is, het meest beschouwd wordt als de norm en het meest privileges heeft.
Mensen met privileges klimmen ook het vaakst op in de maatschappelijke ladder en zullen ook vaker formele machtsposities bekleden. Daardoor bepalen ze ook meer het discours.
Ze worden bovendien omringd door andere mensen met privileges, waardoor een zeker blindheid kan ontstaan voor het perspectief van minder geprivilegieerde mensen. Het is dus belangrijk om de zwakste posities op de dimensies een stem te geven.
Seksuele en intieme interacties tussen medewerkers zijn pas oké als er geen misbruik kan worden gemaakt van een machtspositie. Wanneer er sprake is van een wederzijdse afhankelijkheid en ongelijkwaardigheid, is een relatie of seksuele interactie problematisch.
Pas als beide partijen voldoende wilsbekwaam zijn en erin slagen om uit de afhankelijkheidsrelatie te stappen, kan dit seksueel contact oké zijn.