Beschadigde kledij, een vernielde gsm, een bekraste wagen… Het is maar een greep uit schadegevallen die kunnen voorkomen. Hoe ga je als organisatie hier mee om?

Stel schade zo snel mogelijk vast en zorg voor een snelle vergoeding. Leg in je interne procedure vast hoe klachten worden opgevolgd en bekijk hoe het materiële aspect daarin wordt opgevolgd.

  • Heb je als organisatie een aanvullende verzekering?
  • Doe je beroep op de polis burgerlijke aansprakelijkheid of de familiale verzekering van de persoon die het grensoverschrijdende gedrag stelde of diens voogd?
  • Stel je een minnelijke schikking voor?

MAAK AFSPRAKEN

Goede afspraken maken goede vrienden. Naast wat er mogelijk is via verzekeringen, is het belangrijk om rond materiële schade enkele afspraken te maken.

Enkele voorbeelden:

  • Schade wordt altijd bij zowel medewerkers als personen uit de doelgroep vergoed. Hier kunnen wel grenzen in gesteld worden door een maximumbedrag in te stellen. Zo zal een nieuwe t-shirt ook een hoger bedrag terugbetaald krijgen dan een t-shirt die 2 jaar oud is.

  • Analyseer elke situatie grondig, want elk schadegeval is verschillend en uniek in omvang, ontstaan en financiële impact: "De afhandeling van de schade is maatwerk, in nauwe communicatie tussen administratie, /facturatie/verzekering, het team en het doelgroeplid en diens systeem."

  • Sta bij elk incident stil hoe je in de toekomst kan voorkomen dat er nog gsm’s sneuvelen, deuren worden ingestampt of rugzakken in de vijver belanden. Kortom, leer uit incidenten.

HOE REGEL IK DE FINANCIËLE KANT?

De polis ‘burgerlijke aansprakelijkheid cliënten’ dekt in principe schade die door cliënten wordt berokkend

Er ontstaat wel eens discussie naar aanleiding van schade ten gevolge van grensoverschrijdend gedrag: werd de schade met opzet aangericht of niet?

Of is de schade het gevolg van een fout van de begeleiding?

Voorbeeld:

"Bij grote bedragen kunnen we dit aangeven aan de verzekering. Voor hen is het vaak belangrijk of er een ‘fout’ gemaakt is door begeleiding. Vanuit verzekeringsoogpunt is dit een normale vraag, maar dit kan wel gevoelig zijn bij de begeleiding. Een voorbeeldje hiervan: een agressieve cliënt gaat binnen op de kamer van een medebewoner en maakt diens televisie stuk. Uit het handelingsplan blijkt dat de kamerdeur van de medebewoner op dat moment gesloten moest zijn. De vraag of de cliënt de schade met opzet aanrichtte dan wel of de begeleiding hier een fout maakte, zal de verzekering in dit geval verder uitzoeken."

Sommige organisaties hanteren een getrapt systeem dat rekening houdt met de vrijstelling of franchise die verzekeringsmaatschappijen hanteren.

Zo is een voorbeeld van een organisatie:

  • Schade minder dan € 25: afbetalingsplan met cliënt via zakgeld (minderjarigen), mits expliciet akkoord van de cliënt want zakgeld zomaar inhouden mag niet (decreet rechtspositie minderjarigen) of via het loon (volwassenen), ook hier mits expliciet akkoord.
  • Schade tussen € 25 en 250: ook hier wordt een afbetalingsplan afgesproken op langere termijn, dat kan bijvoorbeeld via vakantiewerk.
  • Schade hoger dan € 250: verzekering wordt aangesproken, dat kan de familiale verzekering zijn van de ouders of bewindvoerder of de polis burgerlijke aansprakelijkheid cliënten van de organisatie.

Wanneer je vaak schadegevallen bij een verzekeringsmaatschappij indient, bestaat de kans dat de maatschappij het bedrag van je polis optrekt of zelfs helemaal uitsluit. Informeer je goed bij je verzekeringsagent. Dat is zeker geen overbodige luxe.

Voorbeeld:

"Als het om een klein bedrag gaat of als verzekering niet wil tussenkomen, gaan we in overleg met de bewindvoerder. Heeft de betrokkene zelf een verzekering? Heeft de betrokkene voldoende middelen om schade te betalen?... Dikwijls is het een gedeeld verhaal: een deel van de kosten is voor organisatie, een deel voor de betrokkene."

TIP UIT DE PRAKTIJK

In De Oever vzw herstellen ze zo snel mogelijk materiële schade. Ze betrekken er zoveel mogelijk de persoon bij die de schade aanrichtte. De technische dienst maakt een factuur op van de schade. Zo krijgt de veroorzaker zicht op de kost van werkuren en materiaal om dingen te herstellen.

Waar mogelijk laat de technische dienst de veroorzaker meehelpen. Als dat niet lukt, moet de veroorzaker op een andere manier de schade compenseren bij de technische dienst.

VEREFFENINGSFONDS VOOR MINDERJARIGEN

Er bestaat in elke provincie een vereffeningsfonds voor minderjarigen. Dat fonds kan financieel tussenkomen wanneer blijkt dat een jongere bereid is schade die hij veroorzaakte te vergoeden maar daar de middelen niet voor heeft.

Belangrijke voorwaarde om op dat fonds beroep te kunnen doen, is dat er vanuit de benadeelde partij een klacht is neergelegd tegen die jongere. En dat er vanuit die klacht een bemiddeling tussen de jongere en de benadeelde partij gebeurde.

Deze bemiddelingen worden in Vlaanderen opgenomen door de diensten voor herstelgerichte en constructieve afhandeling. Bevraag je verder bij hen als je meer wil weten over het vereffeningsfonds.