Met de sociale-discipline-matrix meet je in welke mate een bepaalde praktijk herstelgericht is. Je weegt af of een praktijk aanleunt bij bestraffen, herstellen, laisser faire of bescherming.
Reageer je vooral op de dader en zijn regel-overtredend en/of grensoverschrijdend gedrag of richt je je op de toegebrachte schade? Welke gevolgen geef je eraan?
Afhankelijk van de mate van ‘controle en disciplinering’ en de mate van ‘ondersteuning en aanmoediging’ zijn vier verschillende reacties mogelijk. Daarbij zal je telkens op een andere manier met de dader en met de noden van het slachtoffer omgaan.