Zet als begeleider dader en slachtoffer samen aan tafel. Bespreek samen:

Wat is er gebeurd?

Om de beurt vertelt iedereen hoe het tot een ruzie gekomen is. Iedereen brengt zijn eigen visie naar voren. Belangrijk is dat iedereen mag uitpraten.

Wat zijn je gevoelens?

Iedereen vertelt wat ze voelden bij de ruzie en wat ze nu voelen. Ook hier mag je elkaar niet onderbreken. In deze fase kun je de partijen helpen om hun gevoelens te verwoorden als zij er zelf niet uitraken.

Wat moet er gebeuren?

Wat vinden beide partijen belangrijk dat er nu gebeurt? Allebei doen ze voorstellen tot er een idee is dat voor alle twee goed is.